Inleiding op de kadernota

In de kadernota doet het college een voorstel aan de gemeenteraad voor de begrotingskaders 2024, te hanteren bij de samenstelling van de programmabegroting 2024. Ook wordt op hoofdlijnen een financieel beeld geschetst op basis van de nu bekende gegevens.

In deze nota gaan we in op de ontwikkelingen die of een keuze op hoofdlijnen vragen van de gemeenteraad of van belang zijn vanwege hun (mogelijke) invloed op de begroting 2024 of mogelijk ook op latere jaren. Het geeft een beeld van de ontwikkelingen waar de gemeente mee te maken krijgt en welke een beslag gaan leggen op de organisatie.

De kadernota 2024 is opgesteld vanuit de onvermijdelijke verplichtingen welke we zien vanuit bestaand beleid, aangevuld met punten vanuit het college uitvoeringsprogramma 2024-2027 en aangevuld met de wettelijke en/of juridische verplichtingen die we op ons af zien komen. In beginsel is er geen nieuw beleid opgenomen; nieuw beleid wordt met een apart voorstel aan de gemeenteraad voorgelegd. De kadernota is de basis voor en geeft de kaders aan voor de uitwerking van de begroting 2024-2027.

De meicirculaire 2023 is, zoals geruikelijk, niet begrepen in deze kadernota. Deze was tijdens het opstellen van de kadernota 2024-2027 nog niet voorhanden. Vooruitlopend op de meicirculaire 2023 is er al wel rekening gehouden met de verwachte compensatie voor loon en prijsindexatie en de aangepaste vergoedingen voor maatstaven over de jaren 2022, 2023 en 2024. De inflatie is in de afgelopen periode, en we verwachten dat we voorlopig nog rekening dienen te houden met een aanzienlijke inflatie, dat deze effect heeft op het gepresenteerde resultaat indien we slechts de uitgavenzijde verwerken. Dat is aanleiding geweest om ook nu de verwachte opbrengsten te verwerken zodat we een zo compleet ca vergelijkbaar beeld geven van de toekomstige baten en lasten. Deze werkwijze ligt niet in lijn met de kadernota's van voorgaande jaren, echter de inflatie was in voorgaande jaren ook veel beperkter van omvang.

De programmabegroting moet meerjarig in evenwicht zijn. Met het oog daarop biedt de kadernota een globale doorkijk naar het financiële meerjarenperspectief en de ontwikkeling van de financiële positie van de gemeente. Het meerjarenbeeld uit de programmabegroting 2023 is als uitgangspunt genomen, aangevuld met de structurele doorwerking van de cijfers uit de eerste bestuursrapportage 2023 (eerste Burap 2023) en de ervaringen vanuit de jaarrekening 2022, welke recent is opgesteld. Van daaruit zijn de onvermijdelijke ontwikkelingen die we zien, toegevoegd en zijn deze globaal financieel vertaald in deze kadernota. De indeling van de budgetten per programma is conform de nieuwe inrichting van de organisatie.

Op basis van het totaalbeeld in deze kadernota is er nog geen sprake van een meerjarig evenwicht. Afhankelijk van de verdere ontwikkelingen moet er een aantal keuzes gemaakt worden.

Het financieel meerjarenbeeld is de basis waarop het college en de gemeenteraad een integrale afweging kunnen maken voor wat betreft de doelen en de daarbij behorende inzet van de beschikbare middelen.

De kadernota is niet de begroting zelf, maar is een opiniërend document dat mede de koers bepaalt die in de programmabegroting 2024 per programma verder wordt uitgewerkt. De begroting moet structureel en reëel in evenwicht te zijn of moet dat zijn in de daaropvolgende jaren (artikel 189 van de Gemeentewet). Dit is een vaststaande eis die getoetst wordt door de toezichthouder, de provincie.

Het financiële meerjarenperspectief geeft vooralsnog een positief beeld.

In de kadernota zijn, vanuit de primitieve begroting 2023, eerst de meerjarige mutaties uit de eerste burap 2023 verwerkt. Het saldo wordt daarna aangevuld met de mutaties vanuit de kadernota.

De belangrijkste negatieve budgetmutaties vanuit de kadernota komen voort uit:

• uitbreiding van formatie: een regisseur openbare ruimte, een beleidsadviseur wonen (groei), medewerkers bedrijfsvoering (groei) en medewerkers Duo+ bedrijfsvoering.

• aanpassing budgetten voor de invoer van de omgevingswet per 01-01-2024,

• verhoging bijdrage voor de inzet van team VTH (vergunningverlening, toezicht en handhaving)

• verhoogde bijdrage aan de veiligheidsregio.

• de berekende aanpassing van budgetten Ouder-Amstel en Duo+ als gevolg van loon- en prijsindexatie van de budgetten zijn als p.m. opgenomen, in afwachting van compensatie van het Rijk.

Daarnaast is er ook sprake van positieve budgetmutaties, deze komen onder andere voort uit:

• actualisatie van de algemene uitkering,

• hogere opbrengsten onroerendezaakbelasting door waardetoename.

Wij verwijzen u graag naar de programma’s waarin alle afzonderlijke posten per programma zijn toegelicht.